“Dames en heren,
Vanavond is een belangrijk moment: de installatie van de nieuwe raad 2014 - 2018.
Afgelopen dinsdag vergaderde de oude raad 2010 - 2014. Tijdens die laatste gemeenteraadsvergadering werden uw geloofsbrieven onderzocht, werd de uitslag van de verkiezingen vastgesteld en werd er afscheid genomen.
Daarmee zijn er geen beletselen meer om u vanavond te installeren en in positie te brengen. Het lijkt allemaal eenvoudig en een kwestie van formaliteiten en techniek, maar we hoeven de krant maar open te slaan, of te kijken en te luisteren naar de media om te constateren dat het houden van goed georganiseerde en zuiver verlopen democratische verkiezingen nog niet zo eenvoudig en vanzelfsprekend is.
Als burgemeester en voorzitter van het hoofd- en centraal stembureau en uw voorzitter ben ik daarom des te meer trots op de gang van zaken rond de verkiezingen in onze gemeente. Mijn dank en waardering gaan nogmaals uit naar al degenen die daar op welke wijze dan ook, en vaak achter de schermen, een bijdrage aan geleverd hebben. Minder gelukkig ben ik en ik denk velen met mij, met het opkomstpercentage van rond 50%. De helft van de stemgerechtigden is gekomen, de andere helft heeft het af laten weten. Landelijk waren ons nog lagere opkomstpercentages voorspeld, gelukkig zijn die voorspellingen niet uitgekomen.
Men kan stellen dat het op zich bemoedigend is, dat de kiezer die stemt zijn of haar stem in ieder geval zeer weloverwogen uitbrengt, vaak niet alleen op een partij, maar ook op een persoon, waar men vertrouwen in stelt. Op zich zijn daar weer vele conclusies aan te verbinden, maar dat gaan we nu op dit moment niet verder uitwerken. Dat kan later altijd nog wel een keer.
De kiezer heeft gesproken en dat wordt vertaald naar de verhoudingen in de raad en de personen die daarin plaatsnemen. Hoe en in welke mate dat weerspiegeld wordt in de samenstelling van het nieuwe college, dat zal de komende periode duidelijk worden. Dat wachten we maar even rustig af.
Als raad bent u na de installatie vanaf hedenavond, het hoogste bestuursorgaan van de gemeente, een taak die veel verantwoordelijkheid met zich draagt en die veel inzet vraagt, maar ook wijsheid, relativering en bescheidenheid.
U heeft als raadslid een voorbeeldfunctie, 7 dagen in de week 24 uur per dag. U kunt nooit zeggen of denken: nu ben ik maar even geen raadslid.
U bent volksvertegenwoordiger en u bent er voor alle mensen in Papendrecht.
Er komen, dames en heren, een heleboel zaken op u af. Ook een paar lastige zaken en ik noem er vier:
1. de effecten van de financieel economische crisis;
2. de decentralisaties;
3. de bestuurlijke positie van Papendrecht als autonome gemeente;
4. en naar mijn opvatting het allerbelangrijkste: het vertrouwen van de burger in het door hem of haar ingestelde bestuur, in u dus!
Deze vier punten staan niet geheel los van elkaar, hebben duidelijk met elkaar te maken, maar kunnen ook op verschillende manieren verbonden worden in de goede en in de minder goede zin. U zult er als raad bijzonder alert op moeten zijn. U zult als raad de komende periode ook duidelijke en scherpe keuzes moeten maken en dat is soms lastig, maar tegelijkertijd ook een opgave en een uitdaging die boeiend is en die ertoe doet. Wat die vier onderwerpen aangaat wil ik op dit moment alleen iets zeggen in relatie tot de belangrijkste, de laatste, dat vertrouwen van de burger in het bestuur. Daar gaat het ook om uw bestaansrecht als raad, als exponent van onze democratische rechtsstaat.
Ik zou u het volgende willen meegeven: wordt niet de gevangene van dit huis met zijn stapels papier of overbelastte tablets, met zijn dossiers, met zijn overleggen en vergadercultuur.
U bent niet het dagelijks bestuur van de gemeente en u bent ook niet de manager van deze organisatie.
U bent, ik herhaal het nog maar eens, u bent volksvertegenwoordiger. U bent van en voor het volk en door het volk i.c. de kiezer , de stemgerechtigde burgers van Papendrecht, tot deze post uitverkoren.
Het is niet aan de burger om naar u toe te komen, maar het is aan u om naar de burger toe te gaan. De burger wil gezien, gehoord en serieus genomen worden.
Het gaat om een attitude die, op een evenwichtige manier en wederkerig, inhoud, vorm en gestalte gegeven dient te worden. Daar is een permanente zoektocht en dialoog voor nodig. Dat laat zich niet vangen in nieuwe structuren en formats, dat is een kwestie van doen en blijven doen, van voortdurend evalueren en streven naar verbetering.
Immers in onze moderne hoogontwikkelde, ingewikkelde en door en door georganiseerde samenleving lijkt het wel of de burger onwillekeurig, onbewust en onbedoeld naar de zijlijn verplaatst is, om daar periodiek even vandaan gehaald en vervolgens weer teruggeplaatst te worden.
We hoeven maar om ons heen te kijken om te constateren: hij/zij voelt zich daar steeds minder gelukkig mee; pikt dat niet meer.
De centrale opdracht voor u, voor ons, is mijns inziens tweeledig:
1. Geef de burger zijn centrale plek weer terug; zet hem weer in zijn kracht;
2. Onderschat de kracht van de samenleving niet;
Er zijn hier in Papendrecht talloze voorbeelden te noemen van burgerinitiatief, betrokkenheid en bereidheid tot inzet. U kent ze net zo goed als ik. Laten we ons gelukkig prijzen dat onze huidige lokale samenleving zo positief en constructief opgebouwd en samengesteld is. Het ligt voor het oprapen en als het gezien wordt, vastgepakt en gekoesterd, worden het vier boeiende en mooie jaren.
Ik wens u, dames en heren, tot slot alvorens we zo tot installatie overgaan, de komende periode veel wijsheid, voldoening en succes in uw eervolle werk toe.
Ik zal aanstonds afzonderlijk de tekst voorlezen van de eed en de tekst van de belofte en daarbij aangeven wat uw reactie daarop verwacht wordt te zijn.
Nadat ik die centraal voorgelezen heb kom ik bij u langs en dan geeft u datgene aan wat u zelf graag wilt doen: de eed of belofte afleggen. Gewoontegetrouw krijgt u van mij een boekje met een kleine opdracht van mij daarin geschreven en gewoontegetrouw is dat dan ook het instrument voor het raadslid namelijk een handzame, praktische tekst in zake de Gemeentewet.
Dan mag ik u nu allen verzoeken te gaan staan.
Dat geldt ook voor het publiek.
Ik lees eerst de tekst voor van de eed:
Ik zweer dat ik om tot lid van de raad benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik zweer dat ik om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik zweer dat ik getrouw zal zijn aan de grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de raad naar eer en geweten zal vervullen:
“Zo waarlijk helpe mij God almachtig”.
De tekst van de belofte luidt:
Ik verklaar dat ik om tot lid van de raad benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik verklaar en beloof dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen. Ik beloof dat ik getrouw zal zijn aan de grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de raad naar eer en geweten zal vervullen:
“Dat verklaar en beloof ik”.
|