Deze middag ben ik in Den Haag, perscentrum Nieuwspoort geweest naar de presentatie van het rapport van de Raad voor het openbaar bestuur over: "de toekomst van het middenbestuur".

Er is de afgelopen jaren /decennia veel gestudeerd op de rol, positie en de taken van  het middenbestuur (de provincie) in relatie tot de gemeenten, het rijk en Europa. Veel gemeenten werken goed samen met elkaar om grensoverschrijdende taken op te pakken. Zo doen we dat hier bijvoorbeeld in de Drechtsteden. Vaak komt er spanning in zo'n samenwerking wanneer er angst gaat ontstaan voor gemeentelijke herindeling en daarmee het verlies van de zelfstandigheid. Gelukkig is daar in onze regio geen sprake van.

Sterkere samenwerking van gemeenten  heeft effect op de rol van de provincie. Provincies werken op hun beurt ook weer samen. Veel aandacht is er ook voor de 'randstad' die een belangrijke economische motor is van ons land. Moet de randstad dan één bestuurlijk geheel worden, al was het maar op een beperkt aantal taken of moeten er twee randstadprovincies ontstaan? Wat wordt dan de relatie met het niet randstad gedeelte van ons land? Hoe groot en sterk moeten gemeenten en/of samenwerkingsverbanden van gemeenten worden om optimaal te kunnen functioneren? Hoe verhoudt zich dat t.a.v. de landelijke overheid etc. Allemaal vragen, waar al veel over gezegd en geschreven is en nog steeds geen eenduidig antwoord of kabinetsstandpunt over gevormd is. Op het onderdeel van de randstad gaat nu vervolgens oud-premier Kok een advies uitbrengen richting kabinet.

Ik vind het belangrijk deze discussie te volgen en mee te voeren aangezien het denken over de bestuurlijke vormen in ons land van groot belang is voor de toekomst van onze gemeente. Blijven we bijvoorbeeld alleen in Drechtstedenverband denken of moeten we meer gaan denken in de vorm van de Drechtsteden als entiteit binnen een Rotterdamse stadstaat waarin de verbinding tussen die twee, als zogenaamde Deltapoort, een sterke impuls verdient ?